Evacuatie september 1944

 

“Aan het vegte”

In september 1944 probeerden de Geallieerden in een grote operatie een doorbraak te forceren in de op dat moment moeizaam vooruitgang boekende bevrijding van Europa. Met parachutisten moest een aantal belangrijke bruggen op de Duitsers veroverd worden. Deze “airbornes” moesten vervolgens hun posities behouden tot de dan snel oprukkende landstrijdkrachten hen bereiken zouden. De operatie droeg de naam Market Garden. Dat plan slaagde bijna. Behalve bij Arnhem. Die brug bleef, na verwoede gevechten, in Duitse handen. Daar is al heel veel over geschreven, en er is ook een film over gemaakt.

Het resultaat was dat de Canadezen en Engelsen onder de Waal stonden (met bij Nijmegen een bruggehoofd in de Betuwe, en de Duitsers boven de Rijn. Het tussenliggende gebied, het oostelijk deel van de Betuwe, werd het toneel van beschietingen over en weer, en van veel schermutselingen tussen patrouilles van beide partijen. In feite dus frontgebied.

De Duitsers, hoog en droog op de hoge noordrand van de Rijn gezeten, besloten daar een verdedigingslinie op aan te leggen, die liep van Arnhem tot Rhenen. Voornamelijk een loopgravenstelsel met mitrailleurposten. Onderdeel daarvan was de evacuatie van het gebied.

Ook Wageningen en Bennekom werden geëvacueerd. De inwoners werden ingekwartierd bij bewoners van het aangrenzende niet geëvacueerde gebied.

Ook Ede kreeg te maken met inkwartiering. Om alles zo goed mogelijk te kunnen organiseren, had de gemeente Ede bij de Dienst Sociale Zaken daarvoor een aparte afdeling Evacuatie gevormd.

De inkwartiering verliep lang niet altijd zonder problemen. Niemand zit er op te wachten om ongevraagd wildvreemde mensen in zijn woning op te nemen. En de mensen die geëvacueerd waren zaten ook met veel onzekerheden over wat ze achter hadden moeten laten. Kortom, spanningen alom.

Het is dan ook niet vreemd dat er soms wat zaken uit de hand liepen, en de emoties soms de overhand kregen. Een duidelijk voorbeeld hiervan is een brief, gericht aan de Dienst voor Sociale Zaken, Evacuatie, Brouwerstraat 3 te Ede,
t.a.v. de heer A v.d. Berg.

Het handgeschreven briefje zegt (transcript):

Mijnheer van den Berg

juffrouw jansen is met mij aan
Het vegte ze heeft mij een pak slaag
Gegeeffen ze slaat mij in het
Gezicht zegt ik moet maar
Op zoode mietere.

ik hep zoo gehuilt het is gewoon een
Schandaal waar moet dat
Naar toe mijn heer moet
Dat zoo waar is dat goed
Voor ik doe ook geen mensch
Kwaat hoor mijn heer van
Den berg wil u daar goede
Nota van neemen dat is al
Van zaterdag af.

A Robeer
Reehorsterweg 9
Ede

Het stuk bevindt zich in de door Plekkringa en Lagerwij aangelegde verzameling, bijeen gebracht in verband met de productie van het boek “Ede 1940-1945”. De stukken in deze verzameling zijn nooit teruggeplaatst in de archieven waar ze uitgehaald waren, maar bij elkaar gehouden. Het nadeel daarvan is dat de betreffende archieven niet meer compleet zijn. Het voordeel daarvan is dat, bij het raadplegen van die Plekkringa-verzameling , dit soort documenten ook te voorschijn
komt.

't Is “petite histoire”, maar waardevol, omdat er zo een beetje licht komt op de alledaagse gebeurtenissen in een niet bepaald alledaagse tijd. Hoe het afgelopen is weten we overigens niet.

Het voorval is ook vermeld in genoemd boek, op pagina 122.

Het briefje is door het Edese Gemeentearchief voorgedragen als "Stuk van het jaar 2014".

Jan Kijlstra 07-01-2012/ rev. 29-08-2014